De stad dankt zijn ontstaan aan een klooster dat in het begin van de 6e eeuw werd gesticht door Karileph, een kluizenaar uit Auvergne. Dit klooster zou uitgroeien tot een van de belangrijkste in Maine. In de 19e eeuw groeide de stad en werd het een subprefectuur.
Veel van de voorzieningen en gebouwen die in deze periode in gebruik werden genomen, maken nu deel uit van de charme van de stad: de kades van de Anille, het gerechtsgebouw, de graanmarkt, het museum-theater-bibliotheek, enz.